HOF VAN TWENTE
30 mei 2006 Twijfel aan rechtmatigheid inzake preventief opgelegde dwangsom boerderijfeesten.
In het Dagblad Tubantia wordt
aangegeven dat de gemeente Hof van Twente het middel van dwangsom gebruikt
om preventief op te treden tegen zogenaamde boerderijfeesten. De
burgemeester van Hof van Twente mw. A. Bijleveld heeft haar aanpak ter
sprake gebracht in het Regionaal College van burgemeesters.
Het opleggen van een dwangsom valt onder de in de Algemene wet bestuursrecht
gestelde regelgeving (kort Awb). Het begrip dwangsom heeft in deze wet een
speciale betekenis naast het middel van bestuursdwang. Bij het preventief
opleggen van bestuursdwang moet een gemeente al heel duidelijk maken dat het
klaarblijkelijk is dat een wettelijk voorschrift zal worden overtreden. Dit
betekent dat er sprake moet zijn van een dubbele zorgvuldigheids toets.
Het regime van de dwangsom is in principe nog beperkter en geeft aan dat een
dwangsom alleen kan worden opgelegd als de overtreding reeds heeft
plaatsgevonden of om herhaling van de overtreding te voorkomen. In het kort
komt het er op neer dat bij boerderijen, waar op basis van door de politie
opgestelde rapportages is geconstateerd dat er wettelijke voorschriften zijn
overtreden, een dwangsom kan worden opgelegd om herhaling te voorkomen. Een
dwangsom kan echter niet in algemene zin in het vooruitzicht worden gesteld
aan iedere boerderij bezitter. Dit is te onbepaalbaar en in strijd met de in
de Awb gestelde regels.
Hierbij komt dan tevens dat de politie moet constateren dat er sprake is van
overtreding van wettelijke voorschriften. Wanneer is er sprake van een
boerderijfeest. Over enige tijd komen de examenfeesten er weer aan. Als zoon
of dochter is geslaagd zal dit zondermeer leiden tot een feest. Artikel
2.2.2 van de Algemeen Plaatselijke Verordening is niet van toepassing
aangezien een dergelijk feest geen evenement is in de zin van dat artikel.
Of een echt boerderijfeest een evenement is zal de politie moeten bewijzen
en vastleggen in haar rapportage. Veelal zal dit afhangen of er sprake is
van enige vorm van bedrijfsmatigheid dan wel er sprake is van enige vorm van
commercialiteit. Wanneer veel vrienden bij elkaar komen die samen hebben
betaald voor de inkoop van de consumpties die zij nuttigen zal het moeilijk
worden om daar een wettelijke overtreding uit te destilleren. Bij het
kijken naar de gebruiksbepalingen van bestemmingsplannen zal ook dit niet
altijd evenveel duidelijkheid geven, aangezien één feest het karakter en
gebruik van de boerderij niet verandert. Indien er sprake is het meerdere
keren houden van een feest in de zelfde boerderij kan er mogelijkerwijs
worden opgetreden. Het letterlijk nemen van de gebruiksvoorschriften kan
echter ook een averechtse werking hebben op vergunningen voor jaarlijkse
evenementen die de gemeente afgeeft voor terreinen waarin de
gebruiksbepalingen, op basis van het geldende bestemmingspan, niet voorzien.
De eigenaar van de boerderij die een dwangsom krijgt opgelegd kan hierna
zelf een onderzoek instellen en de gemeente daarna verwijzen. Een en ander
in het kader van de rechtsgelijkheid.
De zorg van de gemeente op grond van de brandveiligheid is natuurlijk
terecht. Indien er zich calamiteiten voordoen en er slachtoffers vallen zal
er naar de gemeente worden gewezen waarom zij niet heeft ingegrepen. Indien
de gemeente alleen op grond van oneerlijke concurrentie ten opzichte van de
reguliere horeca actief is geworden is het maar de vraag of deze taak haar
toebehoort.
Indien er daadwerkelijk een dwangsom wordt opgelegd doet diegene die ze
krijgt er verstandig aan de situatie aan de rechter voor te leggen.
Copyright JeeJar®